Jaap Huisman is journalist/publicist met als specialisme architectuur, ruimtelijke ordening en design. Hij heeft 30 boeken op zijn naam staan en schrijft momenteel in Het Parool.

De heruitvinding van de galerijflat

Aan de voorkant van het Amstelstation is Amst in gebruik genomen, een mixed-use complex met appartementen, een megasupermarkt, een restaurant en in de toekomst een markthal. Eindelijk eens geen verzameling tiny houses.

De galerijflat is terug. Hij ziet er alleen anders uit dan vroeger. Waren dat eindeloos lange en vervelende luchtstraten, tegenwoordig is de galerijflat vierkant, rechthoekig of trapeziumvormig, rondom een smaakvol beplante binnentuin. Dat is vaak een gedeelde verpozingsplek voor de bewoners, hoewel de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat het in de praktijk meer een kijk- dan een ontmoetingstuin is. Afgezien van de jaarlijkse barbecue dan. Amst voor het Amstelstation hoort tot de nieuwe generatie omgevormde galerijflats, afgebakend met geel geschilderde balustrades en trappen die uitkomen in de binnentuin of leiden naar de beplante omloop op het dak. Zonnepanelen daar dienen als pergola.

Amst breekt met de traditionele galerijflat, door de vorm maar ook door de grote variatie aan woningen. Het regenwater bevloeit de verhoogde gazons en wordt anders opgevangen in bassins in de kelder. Amst – wanneer worden we verlost van die parafrases op ‘Amstel’ waar de omgeving van het station van vergeven is? De ontwikkelaar wil een graantje meepikken van de strategische locatie. Maar goed, de architectuur van Venhoeven CS doet al die bijgedachten vergeten.

Want Amst is een verrijking van dit stuk voor het Amstelstation. Tachtig procent ervan is middenhuur, bedoeld voor groepen die de stad graag wil behouden. En dat op een plek waarvan de voorgeschiedenis bijna niet meer is voor te stellen: een tramlus, een wachthokje voor het trampersoneel, parkeerplaatsen en ondefinieerbaar groen. De buitenkant doet niet vermoeden hoe omvangrijk en gecompliceerd Amst is. Dat komt door de geleding, een lage en een hoge vleugel, een toren, verspringende hoogtes en niet te vergeten de combinaties van wonen en commerciële functies. Naast de 252 huurappartementen in alle soorten en maten, is er een mega-Jumbo in het souterrain, daarboven een fietsenstalling en parkeergarage, een McDonald’s aan de zuidkant, een mercado aan de noordkant en dan ook nog atelier-broedplaatsen.

Bijzonder is de bevoorrading van de supermarkt die binnenshuis plaatsvindt. Trucks kunnen binnenrijden en omdraaien. Je zou wensen dat dat op meer plekken in de stad wordt ingevoerd, omdat het zoveel overlast voorkomt. Trappen af, trappen op: vanuit het Amstelstation daal je af naar Amst om vervolgens weer de trap op te klimmen naar de woningen en de mercado. De laatste moet een equivalent van de Foodhallen of de markthal in Rotterdam worden. Die hoogteverschillen doen je beseffen dat het station op een talud ligt, overlopend in de dijk van de Watergraafsmeer. Als er ergens hoogteverschillen bestaan in Amsterdam is het door deze overgang van dijk naar polder. Zonnepanelen op het dak dienen als pergola. Regenwater bevloeit de verhoogde gazons en wordt opgevangen in bassins in de kelder.

Dat Amst breekt met de traditionele galerijflat komt niet alleen door de vorm maar ook door de enorme variatie aan woningen. Die variëren van 40 tot maar liefst 210 vierkante meter; er zijn studio’s, gezinsappartementen, townhouses en meergeneratiewoningen. Op de binnenstraat tussen de twee vleugels is het mogelijk een praktijk of een winkel te beginnen. Hier past een zucht van verlichting: eindelijk eens een complex waar bewoners niet zijn opgeborgen in kippenhokken. Nog een extraatje is de riante collectieve huiskamer die bewoners kunnen delen voor feestjes en vergaderingen.

Het bureau van Venhoeven werkt nu aan het Aquatics Center voor de Olympische Spelen in Parijs, waarmee het het enige bureau is dat een voorziening ontwerpt die blijft staan. Over een klein jaar kunnen bezoekers en Olympiërs de brug van het Stade de France naar het zwembad nemen, een gebouw dat opvalt door een golvend houten dak. Hout komt ook voor in Amst, in de vorm van beweegbare louvre-luiken die het licht dempen en mogelijk ook geluid. Ook bij de afwerking binnen is volop hout gebruikt, een mooi contrast met de afzuigbuizen en andere installaties. De gemeente Amsterdam zet in op een stedelijke bebouwing rondom de (metro)stations. Dat levert niet overal een bevredigend resultaat op, zoals bij station Lelylaan en Overhoeks. Amst is de uitzondering op de regel, een stedelijk ecosysteem dat een dode plek in de stad tot leven gaat wekken. Er zou zomaar eens een nieuwe buurt in de stad kunnen ontstaan.

The Bow geeft Overhoeks schwung en kleur

Bajeskwartier begint met Hotel Jansen