Jaap Huisman is journalist/publicist met als specialisme architectuur, ruimtelijke ordening en design. Hij heeft 30 boeken op zijn naam staan en schrijft momenteel in Het Parool.

De grootste koepel van Amsterdam

Het voormalige hoofdkantoor van het SFB bij Sloterdijk is getransformeerd tot een verzamelkantoor voor zes bedrijven/instellingen, waaronder Alliander en APG. Het was een gesloten bastion. Nu is het een gebouw dat in het licht baadt met een onweerstaanbare attractie: de koepel.

 

Bij veel gebouwen, met name uit de jaren zeventig en tachtig dringt de vraag zich op of er iets van te maken valt. Of er een tweede of derde leven in zit. Energiebesparing was vijftig jaar geleden geen issue, duurzaamheid evenmin en soms is het ontwerp zo dwingend dat het bijvoorbeeld lastig is in te spelen op nieuwe vormen van werken. Flexplekken? Vergeet het maar. En toen kwam er ook nog eens covid overheen waardoor thuiswerken de norm is geworden – als het kantoor nog ergens goed voor is, is het voor vergaderen en ontmoetingen. De spreekwoordelijke hangout bij de koffieautomaat.

 Deze bespiegelingen komen op bij het voormalige hoofdkantoor van het Sociaal Fonds voor de Bouwnijverheid aan de Basisweg op Sloterdijk. Een ongenaakbaar fort van baksteen uit 1974, zo leek het. Een treffend voorbeeld van het structuralisme, een architectonische stijlfiguur die erop neerkomt dat gebouwen uit modules bestaan die als kristallen in elkaar grijpen. Zoiets als het coronavirus.

 Het beroemdste voorbeeld in Amsterdam is het Burgerweeshuis waar de Malinese dogon-bouwstijl model voor stond. De kubuswoningen in Rotterdam horen er ook bij, net als Centraal Beheer in Apeldoorn. En dus ook het SFB-complex dat de architect Numan Oyevaar vorm gaf met achthoekige torens die met scherpe schuine nissen op elkaar aansluiten. De horizontale ramen biesde hij af met aluminium platen die nu zilverkleurig glimmen in de lentezon maar de afgelopen jaren vaal wit waren geworden.

 Het hoofdgebouw bestaat uit acht secties die samen een ring vormen rond de binnentuin, indertijd ontworpen door dé tuinarchitect van Nederland, Mien Ruys. Elke sectie bestaat uit vier achtkanten. Het interieur was ontworpen door de niet geringste: Friso Kramer. En geheel passend bij de tijdgeest uitgerust met ruime kantoortuinen. Al net zo typerend voor de jaren zeventig: de directie beschikte niet over een eigen kamer maar diende zich te schikken in de kantoortuin.

 Voor het Burgerweeshuis en Centraal Beheer was en is het knap ingewikkeld een nieuwe bestemming te fabriceren. Bij het SFB-complex met zijn hermetische rode schil leek dat ook het geval. Maar zie daar: Er is uit het lelijke eendje een beeldschone zwaan tevoorschijn gekropen. Architect: Branimir Medic van de Architekten Cie., de rechtsopvolger van Oyevaar, Stolle en Van Gool.

 Dat spreekt uit sommige  details zoals de glazen bouwstenen onder de daklijst van de torens waardoor er meer licht binnenvalt in de kantoorruimtes. Dat spreekt uit het weelderig ingerichte atrium (ontwerp: Tank), met een grijs-zwarte cirkel van natuursteen op de vloer. Het meest overrompelend is onbetwist de koepel die zich als een spinnenweb boven dit atrium uitstrekt, een koepel die qua grootte die van het Scheepvaartmuseum naar de kroon steekt. Net als bij het museum poetst een robot het glas.

Edge beroept zich erop bijzondere complexen te herontwikkelen, zoals het voormalige kantoor van Loyens Loeff naast de Rietveld Academie. Maar er zijn ook nieuwe initiatieven: Valley op de Zuidas is daarvan een sprekend voorbeeld.

 Alleen al de hoge staat van afwerking en de ambitie om – gedateerde – gebouwen zo een nieuw leven te geven, verdient lof: immers sloop levert alleen maar bouwafval op en andere overlast. Had de tuin van Mien Ruys bewaard kunnen blijven? Nee, verzekert Edge . Dit was in de loop van de tijd een verloren en verwaarloosde binnentuin geworden waar de rokers hun toevlucht zochten.

 Hoe anders is de shared space die het nu is, een plek waar de verschillende gebruikers van Edge Amsterdam West kunnen lunchen of koffiedrinken. Gedeelde ruimtes zijn er meer, zoals de vergaderzalen in een vleugel die in een behoefte voorzien. Want hoe vaak benutten bedrijven hun eigen, aparte vergaderzaal? Leuk detail: in de wand achter de counter zijn bakstenen uit de gevel hergebruikt die waren vervangen door de glazen bouwstenen.

 Zoals gebruikelijk tegenwoordig is het gebouw uitgerust met zonnepanelen die vrijwel geheel de stroomvoorziening regelen. Maar minstens zo belangrijk is de status van healthy building. Prominent in het atrium zijn de trappenhuizen die het personeel dwingt te klimmen en af te dalen. Dat is onder de koepel geen straf.

 

Een schandaal in de Plantage

Een cruiseschip in Slotervaart