Jaap Huisman is journalist/publicist met als specialisme architectuur, ruimtelijke ordening en design. Hij heeft 30 boeken op zijn naam staan en schrijft momenteel in Het Parool.

Rosewood: Dubai aan de Prinsengracht

Ultraluxe is het nieuwe hotel Rosewood in het oude Paleis van Justitie aan de Prinsengracht. Een team van ontwerpers transformeerde het strenge gebouw in opdracht van de Hongkongse eigenaar. Kunst lijkt het antwoord op dit weerbarstige gebouw.

 

 

Rosewood. Niet the Rosewood of the Rosewood Hotel. Alleen die aanduiding, op een bescheiden plaquette naast de ingang van wat het duurste hotel van Amsterdam is, gevestigd in het voormalige weeshuis en het latere Paleis van Justitie aan de Prinsengracht. Hoe simpel wil je het hebben. Of hoe deftig? Dat is opmerkelijk. Minstens zo bijzonder is dat de gastvrouw rechts van de ingang schuilt achter een kunstwerk van Studio Molen in een soort lessenaar. Dat is een moderne, modulaire vertaling van de bamboe bouwsteigers die je in China kunt tegenkomen. Er is wel een echte receptie, in een ruimte links van de lobby.

De toon is gezet. Een ongekend aantal kunstwerken, uitvoerig beschreven in PS van 10 mei, beheerst de gangen, zalen en lobby van Rosewood. Sommige komen uit de collectie van de eigenaar. En het zijn niet de eerste de besten; Frank Stella, Maarten Baas, Erwin Olaf, Anton Corbijn, ze komen voorbij. Ze geven cachet aan een streng, symmetrisch gebouw dat zijn oorsprong heeft in 1665. Tussen 1825 en 1829 verbouwde de stadsarchitect Jan de Greef het Aalmoezeniershuis tot Paleis van Justitie in een classicistische stijl. De Greef is verder bekend van de vleugels aan Paleis Soestdijk. Amsterdam is niet rijk bedeeld met (neo)classicistische gebouwen. Behalve Rosewood zijn dat het Trippenhuis en Felix Meritis, daarom is het prijzenswaardig dat het zo zorgvuldig is verbouwd door Piet Boon en Germonde Kromhout van der Meer (lead designer) onder toeziend oog van Monumentenzorg. Gelukkig dat het geen appartementencomplex is geworden omdat niemand behalve de bewoners dan kennis had kunnen nemen van het interieur. Architect Ray Kentie, bekend met de hotellerie in Amsterdam heeft het hele gebouw opgemeten, de bouwaanvragen ingediend en daarna is er  een team gedoken op de opgave, onder wie Piet Boon. Die is te beschouwen als een duizendpoot, productdesigner, interieurarchitect en conceptbewaker. Het is zijn eerste grote hotel in Nederland na tal van particuliere villa’s die hij heeft ingericht.

 Werkelijk elk detail, van een tegelrand tot een boekenkast, is in het interieur opgenomen. Kenmerkend voor het oude Paleis van Justitie zijn de enorme terrazzovloeren in de gangen en de roodbruine marmeren pilasters in de lobby. Die gangen zijn breed en licht. Desondanks oogt Rosewood als een zwaar gebouw met een on-Amsterdamse allure, door de gehoute kamerdeuren en de pilasters. Aan dat houten is drie jaar gewerkt. Het team kreeg de opdracht de stad binnen te halen. Want Sense of a Place is het motto dat de Hongkongse eigenaar de gasten wil meegeven. Suites en kamers met de namen Keizersgracht en Herengracht bijvoorbeeld en de bar Advocatuur. Daarin is de Indiase Business Club gevestigd, een wens van burgemeester Van der Laan die de Indiase gemeenschap een plek wilde geven.

 Rosewood mag dan aansluiten bij Amsterdam, het is toch eerder een hotel met een internationale uitstraling, wat bijvoorbeeld te merken is aan een van de binnenhoven. Je waant je in Parijs of Londen door de wit gestuukte muren en mansardekappen. Noem het Dubai aan de Prinsengracht, met dit verschil dat daar nog meer wordt uitgepakt.

 Studio Piet Boon, bekend om  minimalistische designstijl, heeft in dit geval ruimhartiger en romantischer uitgepakt met organisch gevormde sofa’s en fauteuils. De tussendeuren met de metalen sponningen in de gangen, de hit van dit moment (kijk maar naar de VT-wonen-programma’s) zijn weer typisch Boon. De voormalige rechtszaal is omgevormd tot een event space die meer minimalistisch had gemogen. Het staat vol met zitjes, kasten, vitrines en tafels en een wel erg zwaar marmeren buffet. Ja het is een volle boel, beaamt Boon, maar een hotel vraagt om een andere benadering dan een particulier interieur. Dat zou hij eerder Japans hebben aangepakt. En dat de balkons aan weerszijden van de ruimte uitkijken op overkapping: daarvan zegt Boon dat je in New York slechter af bent met uitzicht op pijpen of installaties.

 Ongetwijfeld zijn de hoogtepunten de Library House, een suite met een aaneenschakeling (enfillade) van functies: woonkamer, eetkamer, een volwassen keuken, een inpandige badkamer en een royale slaapkamer. De badkamer in een glazen kubus was nodig om de wanden en plafond niet te verstoren door leidingen. Voor deze suite betaal je 10.000 euro per nacht voor. Wie daar logeert, krijgt niets mee van het Amsterdam buiten, maar dat deert de vermogende gast vermoedelijk niet. Wil hij van de gracht genieten dan boekt hij een kamer aan de voorkant. Keus zat, er zijn 134 kamers waarvan bijna geen een hetzelfde. Het maakt dat je moeilijk overzicht krijgt van wat Rosewood te bieden heeft.

 De spa is iets speciaals. Daarvoor is een ruimte uitgegraven onder een binnenhof, zodat er licht in het zwembad valt. Het moet het mooiste hotelzwembad van Amsterdam zijn. De binnenhoven zijn ingericht door Nederlands meest vermaarde tuinarchitect Piet Oudolf. Over een jaar kan de begroeiing pas beoordeeld worden: nu missen ze de speelsheid die Oudolf liet zien bij museum Voorlinden.

 In tegenstelling tot enkele van de grand hotels van Amsterdam – Krasnapolsky met zijn wintertuin, The Grand met de historische raadszaal of Het Americain met zijn iconische café, kiest Rosewood voor een meer eigentijdse benadering van ‘the Sense of a Place’. Een uitgesproken middelpunt ontbreekt of het zou de statige lobby moeten zijn met zijn sierlijke trappen. Het meest in het oog springen de kunst en kunstvoorwerpen waardoor het hotel een museale ervaring biedt. Zonder die kunst zou Rosewood een internationale hub zijn geweest zoals er zoveel zijn, maar ultraluxe, en op het decadente af, dat wel.






Republica: een ministaatje van vijf gebouwen

Een modern kantoor in een oude paardenstal